top of page

Blijspel

HET FENOMEEN FILOMEEN

 

6 dames – 7 heren – avondvullend

 

Filomeen heeft het nogal hoog in haar bol. Ze vindt het beroep van haar man Oscar, een doodgewone chauffeur, veel te min voor haar. Om haar dochter Rozette aan een betere partij te helpen begint ze een pension met de bedoeling voorname gasten in huis te halen.

Rozette in helemaal niet opgezet met die ‘voorname gasten’.

Zo is er een zogezegde professor, een oude afgeleefde droogstoppel, die maar al te graag een avontuurtje wil met een jonge frisse bloem en een legionair op rust, die aan zijn verblijf in de woestijn blijkbaar een permanente zonneslag heeft overgehouden. Om nog maar te zwijgen van een jonge flierefluiter, die zich uitgeeft voor student in de geneeskunde maar zich met louche zaakjes bezighoudt. Bovendien heeft Rozette al een lief.

Wanneer haar moeder, naast een gewone meid, ook nog een bovenmeid wil om de kamers te doen, profiteert Rozette hiervan om Karel, haar lief, in huis te halen als Karolien.

Oscar schrikt zich rot wanneer hij zijn dochter ziet vrijen met de bovenmeid maar lacht zich bijna een bult wanneer hij de ware toedracht te horen krijgt. Filomeen kan er helemaal niet mee lachen en wanneer Karel ook nog een chauffeur blijkt te zijn gooit ze hem met klikken en klakken aan de deur. Als ook haar gasten ontmaskerd worden en één voor één het pension verlaten stort haar wereld volledig in.

Dan maakt een rijke oliesjeik zijn opwachting. Voor Filomeen is hij de redder in nood en de ideale echtgenoot voor haar dochter. Prins Achmeid blijkt echter niet geïnteresseerd in Rozette maar wel in Filomeen zelf en wil haar ten koste van veel geld in zijn harem.

Filomeen zoekt hulp bij Oscar maar gelooft haar eigen ogen en oren niet wanneer deze haar maar al te graag van de hand wil doen. Ze is immers toch niet tevreden met een doodgewone chauffeur en zo een kans om zichzelf te verbeteren wil hij haar niet ontnemen. Filomeen belooft hemel en aarde en vooral veel nederigheid om bij Oscar te mogen blijven waarna deze de oliesjeik gezwind aan de deur wipt. Maar was die oliesjeik wel een echte oliesjeik? En is de belofte van nederigheid bij Filomeen wel gemeend en blijft ze overeind?

 

 

HET PAPEGAAIENPENSION

 

9 dames – 6 heren – 2 figuranten - een muzikant – een papegaai

 

‘Het Papegaaienpension’ is een bewerking van ‘Het Fenomeen Filomeen’ maar met een meer uitgebreide bezetting en een  gewijzigde uitwerking van het plot.

Filomeen, een huisvrouw, is hoogmoedig en niet tevreden met haar lot. Ze vindt van zichzelf dat ze een betere partij verdient dan Oscar, een doodgewone chauffeur. Ze wil wat beters voor haar dochter Rozette. Hiertoe begint ze een pension en haalt de raarste gasten in huis met de bedoeling één van hen aan haar dochter te koppelen. Maar Rozette heeft al een lief. Wanneer  Filomeen een bovenmeid in dienst wil nemen om de kamers te onderhouden zijn er meerdere kandidaten, die zich om uiteenlopende redenen komen aanmelden. Rozette profiteert hier echter van om Karel, haar lief in huis te halen als Karolien. Wanneer het bedrog aan het licht komt vliegt Karel met klikken en klakken aan de deur.  Wanneer een inwonende stokoude  professor, die gebruik maakt van de naïviteit van Filomeen om zich aan Rozette op te dringen,  ontmaskerd wordt als een ordinaire bedrieger vliegt hij stante pede aan de deur. De andere gasten  verlaten uit solidariteit één voor één het pension. Rikkie, een inwonende student die samen met Leentje de keukenmeid een gewiekst inbrekerskoppel vormt, steelt alles wat niet te heet of te zwaar is en samen verdwijnen ze met de noorderzon. Er dreigt een nakend failliet. Tot wanneer een nieuwe huurder zich aanmeldt. Het is prins Achmeid, een rijke oliesjeik. Maar de oliesjeik heeft meer oog voor Filomeen dan voor de kamers. Hij wil haar graag kopen voor zijn harem. Filomeen is in alle staten vooral wanneer Oscar blijkbaar opgezet is met de verkoop. Maar is prins Achmeid wel een echte oliesjeik? Hij lijkt in ieder geval verdacht veel op iemand die we al kennen en  Oscaar en Rozette weten blijkbaar meer. Filomeen trapt er met open ogen in. Rozette en Karel mogen trouwen. Filomeen doet veel beloftes maar broeit intussen al op andere plannen. En het laatste woord is aan Coco de papegaai.

 

 

HET PSEUDO – PENSION

 

4 dames - 4 heren - avondvullend

 

In het Pseudo-Pension is niets wat het lijkt.

Filomeen is gehuwd met Oscaar, een chauffeur. Zij is een doodgewone huisvrouw met hoogmoedswaanzin. Zij runt een luxe pension voor gasten met een zekere welstand. Door haar naïviteit en onbekwaamheid is ze een gedroomd slachtoffer voor oplichters en bedriegers. Zij is het pension trouwens uitsluitend begonnen om haar dochter Marleentje aan een betere partij te helpen dan die haar is te beurt gevallen. Vergeefse moeite want Marleentje heeft stiekem al een lief.

De gasten zijn niet wie ze beweren te zijn.

Zo is een professor in de psychologie in werkelijkheid een ordinaire bedrieger.

Een student burgerlijk ingenieur in de fysica is een gewiekste inbreker.

Het lelijke kamermeisje is helemaal geen meisje.

De vrijpostige maar toch sympathieke keukenmeid is een gezochte dievegge.

En is prins Achmeid Alaweit wel een echte oliesjeik?

 

Oscaar en Marleentje weten heus wel beter. 

 

 

HET DORPSPLEIN

 

7 dames – 9 heren – figuranten - avondvullend

 

Het stuk “Het Dorpsplein” speelt in de jaren vijftig en laat ons kennis maken met markante dorpsfiguren zoals de oudere generatie ze nog gekend heeft. We volgen het dagdagelijkse leven van de pleinbewoners.

Vele verhaallijnen doorkruisen mekaar. Dit maakt het stuk heel geschikt voor een jubileumopvoering waarbij men alle acteurs op het podium wil.

Sooi, de cafébaas, is een echte levensgenieter die graag andere mensen een poets bakt. Vooral Katrien, een jonkvrouw van rechtover de deur die van het mansvolk niet moet weten, is vaak het mikpunt van zijn spot. Om haar te plagen moedigt hij de meester en de koster aan om Katrien om haar hand te vragen en haar een serenade te brengen onder haar raam.

De koster, een verwoed visser, koestert een bijna bovenaardse liefde voor Soeur Angelikske, het jonge nonneke van ’t klooster en vangt visjes voor haar.

De pastoor, een enigszins naïeve dorpsherder, laat zich regelmatig vangen aan de pastoorsmoppen van Sooi.

Tuur de facteur loopt meer zat dan nuchter tot wanhoop van zijn vrouw Bertien.

Matil, de bomma, moeit zich nergens mee maar steekt overal haar neus tussen.

Tussen de ruzies, de roddels en veel pinten door tracht de garde de vrede te bewaren.

Sooi, de cafébaas en zijn naaste buur, Toon de slager, zijn vier handen op één buik. Iedere dag drinken ze samen hun pintjes, eten samen een stukje worst en praten vrij uit over alles en nog wat. Behalve over één zaak. Want diep in hun binnenste bewaren ze een groot geheim.

Twintig jaar geleden heeft Sooi een kortstondige relatie gehad met Tenette, de vrouw van Toon. Hij is er dan ook zeker van dat Joseeke, de dochter van Toon, zijn eigen kind is.

Tezelfdertijd  had Toon een kortstondige verhouding met Suska, de vrouw van Sooi. Toon is er dan ook vast van overtuigd dat Joske, de zoon van Sooi, in feite zijn zoon is.   

Aangezien de betrokkenen niet op de hoogte zijn van mekaars misstap hebben ze alle redenen om te voorkomen dat Joske en Joseeke op mekaar verliefd zouden worden.

Maar liefde laat zich niet dwingen. Joske en Joseeke worden stapelverliefd op mekaar en willen absoluut trouwen. Een huwelijk tussen broer en zus moet echter ten koste van alles vermeden worden. Sooi en Toon biechten dan ook elk afzonderlijk hun misstap op tegenover hun kinderen.

Deze zijn ten einde raad en vertellen aan elkaar wat ze vernomen hebben. Zo komt de partnerruil aan het licht. Joske en Joseeke hebben allebei verschillende vaders en verschillende moeders zodat niets hun huwelijk in de weg staat.

 

 

TERUG NAAR HET DORPSPLEIN (vroeger: ZO D’OUDEN ZONGEN)

 

6 dames – 8 à 9 heren – avondvullend

 

Het stuk is een vervolg op “Het dorpsplein”.

Echter niet alle personages uit “Het dorpsplein” komen  terug aan bod. De dromen van de pastoor en Katrien  worden uitgebeeld in afzonderlijke taferelen, wat bijkomend decor vraagt.

“Terug naar het dorpsplein” kan als een afzonderlijk toneelstuk bekeken worden. Om de toeschouwers te informeren over wat voorafging of om het geheugen op te frissen wordt in een proloog herinnerd aan de gebeurtenissen die zich afspeelden in “Het dorpsplein”.

 

Wat voorafging.

“Tenette, de slagersvrouw, heeft aan een kortstondige buitenechtelijke relatie met Sooi, de cafébaas, een flinke dochter Joseeke overgehouden. Tezelfdertijd had Suska, de cafébazin een intieme relatie met Toon, de slager. Een flinke zoon Joske was hiervan het resultaat. Wanneer de kinderen groot werden en met mekaar wilden trouwen wisten hun ouders zich geen raad. Ze hadden immers geen weet van elkanders misstap en waren er vast van overtuigd dat Joske en Joseeke halfbroer en halfzus waren. Om het huwelijk te voorkomen dienden de fouten uit het verleden opgebiecht waarna Joske en Joseeke ingevolge de partnerruil van hun ouders toch konden trouwen.

 

Het nieuw verhaal.

Joske en Joseeke zijn een jaar getrouwd.

Joske helpt Toon in de slagerij terwijl Joseeke een handje toesteekt in ’t café.

Schijnbaar is er tussen beide families geen vuiltje aan de lucht. Maar het weten van hun wederzijdse ontrouw schept een sfeer van wantrouwen tussen de beide ouderparen.

Ook het jonge gezin lijdt eronder. Het betert er niet op als Joske zijn oog laat vallen op Trieneke, het nichtje van Katrien.  Joseeke zoekt haar toevlucht en troost bij het jong fakteurke, dat op het dorp de dienstronde maakt.

Hebben de kinderen een aardje naar hun vaartje en zal de geschiedenis zich herhalen.

Maar er gebeurt nog meer in het dorp.

Tuur, de vroegere fakteur is overleden. Zijn vrouw Bertien zoekt troost in de drank tot groot ongenoegen van de pastoor.. Fideel, de koster van middelbare leeftijd is gedreven op zoek naar een vrouw. Zijn handen zitten nogal losjes aan zijn lijf en hij kan Suska, de cafébazin  niet met rust laten. Daarom regelt Sooi, de cafébaas  voor hem een dubbele afspraak in ’t café, namelijk met Bertien en met Katrien, een verstokte jonkvrouw. Katrien, die nooit van het mansvolk moest weten, heeft er wel oren naar. Ze heeft immers gedroomd dat ze het ‘Rijk der Hemelen’ nooit zal betreden als ze geen vruchten gedragen heeft. 

Er is ook nog Pierke Patat, nooit nuchter maar altijd zat.

En net op het ogenblik dat Joske op het punt staat zijn Joseeke te verlaten voor Trieneke gebeurt er iets onverwacht zodat het verhaal eindigt met een ‘happy end’.

 

 

HET DORPSPLEIN …… VIJF JAAR LATER

 

8 dames – 8 heren – figuranten (cafébezoekers) – ev. Een straat muzikant of zanger (avondvullend)

 

Het toneelstuk “Het dorpsplein… vijf jaar later” is eveneens een vervolg op “Het dorpsplein” en brengt identiek hetzelfde verhaal als het stuk “Zo d’ouden zongen”.

Het verhaal wordt echter op een enigszins andere wijze gebracht.

De dromen van de pastoor en Katrien worden niet uitgebeeld maar worden door hen verteld. Er is dus geen bijkomend decor nodig. Tevens verschijnen al de personages, die in “Het dorpsplein’ aan bod kwamen  opnieuw ten tonele. 

“Het dorpsplein … vijf jaar later” kan als een afzonderlijk toneelstuk bekeken worden. Om de toeschouwers te informeren over wat voorafging of om het geheugen op te frissen wordt in een proloog herinnerd aan de gebeurtenissen die zich afspeelden in “Het dorpsplein”.

 

 

HET DORPSPLEIN VANDAAG

 

7 dames - 11 heren – figuranten – ev. straatmuzikant- avondvullend

 

 

Na “Het dorpsplein”, “Terug naar het dorpsplein” (of “Het dorpsplein… vijf jaar later”) is “Het dorpsplein vandaag” het derde deel van een trilogie over het dorpsplein. Veel oudere pleinbewoners zijn overleden. De overblijvers dragen het verleden met zich mee maar trachten, elk op zijn manier, er het beste van te maken. Sooi houdt graag het jong pastoorke voor de gek en vertelt hem van zijn  dromen over Sinte Pieter en de hemel. Ook zijn  overleden echtgenote Ciska en Tenette, de vrouw van de slager, brengen hem in zijn dromen een bezoek en vertellen hem hoe het er hierboven  aan toegaat. Toon, de vroegere slager, is verliefd op Marie-Roos, een stadsmadam die op het plein is komen wonen. Wanneer zij hem, samen met Sooi en de koster uitnodigt op een drink, verzint hij de grootste leugens om zijn maten buitenspel te zetten om alleen bij Marie-Roos te zijn. De slagerij van Toon is nu een Chinees restaurant. De uitbater is een wijze man die zijn gelijk haalt met  oosterse spreuken. Soeur Angelikske bezoekt het plein. Wanneer de koster verneemt dat zij is uitgetreden maar intussen ook getrouwd, stort zijn wereld in en komt er stilaan toenadering tussen hem en Katrien. Een nieuwe generatie is aan bod. Sientje, de dochter van Jos en Josee, helpt in de brasserie die door haar ouders wordt uitgebaat. Zij doet het hart van menig jeugdig pleinbewoners sneller slaan. Zowel Tim, een jonge flik als Ferre, het jong facteurke en Koen, het neefje van Katrien dingen naar haar gunsten. Tony, de zoon van Jos en Josee, studeert aan de universiteit. Wanneer hij zijn lief komt voorstellen zorgt hij voor een grote verrassing.

 

 

OPA EN PEPE

 

5 dames – 5 heren - avondvullend

 

De oude Door Vanachter verschaft in zijn eigen huis onderdak aan zijn zoon, de middelste Door, zijn schoondochter Angèle en zijn beide kleinkinderen Clairke en de jonge Door.

Op zekere morgen speelt opa  voor luistervink en verneemt dat zijn schoondochter Angèle en zijn kleindochter Clairke hem het huis uitwillen. Zij willen alzo onderdak verschaffen aan pépé, de vader van Angèle,  die alleen in de stad woont.

Geheel onverwacht komt pépé op bezoek. Opa vertelt hem wat hij vernomen heeft. Pépé wil echter helemaal niet inwonen bij zijn dochter. Opa en pépé zoeken samen naar een oplossing. De middelen die opa en pépé aanwenden om opa binnen en pépé buiten te houden zorgen voor een reeks misverstanden. Opa’s zoon dreigt hiervan het slachtoffer te worden.

Wanneer pépé eindelijk openbaar ten tonele verschijnt worden al de misverstanden opgelost. De problemen zijn van de baan. Opa zit weer alleen en stort zijn hart uit bij zijn Klaar.. 

Het verhaal van “Opa en pépé” is erg eigentijds: een conflict tussen verschillende generaties die samenwonen onder hetzelfde dak.

We maken kennis met een ouderwetse opa en een zich heel modern voordoende pépé. Maar vooral hun eenzaamheid en hun moeite om te leren aanvaarden laten ons niet onberoerd.

Een milde humor bij de benadering van het gegeven en de middelen die opa aanwendt om zich niet in een hoekje te laten dringen, zorgen voor een glimlach en een schaterlach. Toch zijn we ook getuige van enkele ontroerende taferelen.

 

 

OPA PAKT EPO 

 

5 dames – 4 heren – avondvullend

 

Opa heeft de dood van zijn vrouw Klaar na zeven jaar nog steeds niet kunnen verwerken.

Hij woont samen met zijn zoon Thei, diens vrouw Angèle en hun dochter Clairke onder hetzelfde dak.

Angèle en Clairke willen opa het huis uit. Angèle wil van het leven genieten Het zint haar niet dat ze in haar bewegingsvrijheid gehinderd wordt door haar zorgen om haar schoonvader. Clairke wijt haar ongeluk in de liefde aan het feit dat er ten huize Vanachter geen privacy is met opa steeds in de nabijheid. Ook wil ze dat het kamertje van opa vrij komt om een logeerkamer te hebben voor eventuele aanbidders. Thei is het gezaag en gezanik van beide vrouwen meer dan beu.en is zoveel mogelijk uithuizig.

Opa verneemt dat hij niet langer welkom is in zijn eigen huis. Hij klaagt zijn nood bij zijn trouwe makker Tuur. Tuur stelt drastische maatregelen voor. Hij zal enkele vrouwen van lichte zeden inhuren om opa te bezoeken. Zo willen ze de andere huisgenoten de indruk geven dat opa een andere vrouw zoekt. Ook is het voor opa de gelegenheid om zich na zeven jaar nog eens te laten gaan als een echte vent.

Opa is voor het plan gewonnen. Alleen vreest hij in affronten te vallen als het op seks aankomt.

Tuur heeft hiervoor de oplossing. Hij zal opa epo bezorgen waardoor hij zich kwiek en jong zal voelen.

Toch verloopt niet alles zoals opa het zich had voorgesteld. De epo maakt hem slaperig en hij brengt er niets van terecht. Tot overmaat van ramp krijgt hij het bezoek van een ambtenaar bij het ministerie en loopt regelrecht tegen de lamp.

Toch valt alles nog op zijn pootjes. Want epo waarvan je in slaap valt, is dat wel epo? En hoe kwam die ambtenaar bij het ministerie uitgerekend bij opa terecht? Weet Tuur misschien meer dan hij wil toegeven?

De ontknoping geeft een antwoord op al deze vragen.

 

 

ROEKEDEKOE (geen digitale versie beschikbaar)

 

4 dames – 10 heren – figuranten – avondvullend

 

Sinds mensenheugenis vertroebelt een vete tussen duivenmelkers en biljartspelers de goede verstandhouding in het dorp. Een biljartspeler zal nooit een voet zetten in het duivenlokaal “De Vroege Jongen” en iedere duivenmelker mijdt het biljartlokaal “ De billentikkers” als de pest.

Het duivenlokaal wordt uitgebaat door Pol, een gekend duivenmelker, samen met zijn vrouw Lowies en hun dochter Bieke.

In het biljartlokaal worden de klanten verwend door Josfien, de bazin, bijgestaan door haar onderdanige echtgenoot Prosper en hun zoon Tuurke.

Bieke wordt openlijk het hof gemaakt door mijnheer Maurice, een flierefluiter van de stad en eerste klas stoeffer en opschepper die tot wanhoop van Bieke veel indruk maakt op Lowies. In haar ogen is hij de ideale schoonzoon.

Het hart van Bieke hoort echter iemand anders toe. Want ook al is het water tussen beide clans veel te diep, Tuurke en Bieke zijn stapelverliefd op elkaar. Wanneer hun heimelijke verkering uitlekt slaan zowel bij de ‘vroege jongen’ als bij ‘de billentikkers’ de stoppen door.

Ook Stoffel, een doorbrave dorpsidioot, is in alle staten. Hij aanbidt Bieke en draagt haar op handen. Hij heeft zelfs zijn lievelingsduif naar haar genoemd.  Gelukkig kan hij rekenen op de onvoorwaardelijke steun van zijn al even simpele vriend Staafke. Wanneer echter twee fanatieke billentikkers zijn duif Bieke de nek omwringen stort zijn wereld in en is er geen troosten meer mee gemoeid.

Bieke en Tuurke hebben de gebeurtenissen niet afgewacht en zijn samen naar de stad gevlucht. Ze worden door beide partijen opgespoord en uiteindelijk ook gevonden; Na veel ruziën en bekvechten mogen ze trouwen en sluiten ‘vroege jongen’ en ‘billentikkers’ een heel broos bestand.

Stoffel blijft alleen achter met zijn liefdesverdriet en met Staafke, zijn vriend voor het leven. Als troost krijgt hij een koppel jonge duiven, die hij Bieke en Stoffel noemt. Zo wordt zijn droom toch nog waar: Stoffel en Bieke kunnen samen ‘roekedekoe’ doen.

 

 

ALS  DUIVERS  KOEREN (vroeger: TONIO EN BEA)

 

4 dames - 7 heren - figuranten

 

Bieke is de dochter van de uitbaters van het duivenlokaal “De Witpen” en behoort alzo tot de clan van “de witpennen”.

Toneke is de zoon van de uitbaters van het biljartlokaal “De drie billen” en maakt alzo deel uit van de clan van “de billentikkers”.

Beide dorpsclans zijn door een eeuwenoude vete, waarvan niemand de oorsprong nog kent, van elkaar gescheiden en willen van mekaar niets weten.

Toneke en Bieke zijn echter  stapelverliefd op elkaar en vragen niet liever dan te kunnen trouwen hetgeen gezien de bestaande vete niet voor de hand ligt.

Wanneer zij hun ouders op de hoogte brengen van hun plannen is het kot dan ook  te klein. Pol, de baas  van “De Witpen” zweert dat er nooit een billentikker een voet zal binnenzetten in zijn café.  En Josfien, de bazin van “De drie billen” vindt een witpen veel te min voor haar zoon.   

Bieke en Toneke beseffen dat hun relatie hopeloos is. Zij maken misbruik van de naïviteit van de ietwat simpele Stoffel,  die stapelverliefd is op Bieke en ervan droomt om met zijn duivinneke ‘roekedekoe’ te doen  en  trekken er stiekem vandoor.  Zij zullen slechts terugkeren als hun ouders hen via een krantenbericht laten weten dat zij mogen trouwen.

Hun ouders zijn in alle staten en zweren dit bericht nooit te zullen plaatsen behalve de moeder van Bieke. Zij verkiest het geluk van haar dochter boven het vasthouden aan een dorpsvete en plaatst zonder medeweten van de anderen het bericht in de krant.

Toneke en Bieke keren terug. Hun ouders staan voor een voldongen feit. Na heel wat over en weer gepraat en omdat het kalf misschien toch al verdronken is, geven zij hun toelating tot het huwelijk.

Hiermee is ook de eeuwenoude vete uiteindelijk van de baan.

 

 

ZEGEN DER JAREN

 

6 dames – 8 heren – avondvullend

 

In het rustoord “Zegen der Jaren” slijten de bejaarden een schijnbaar vredige maar eentonige oude dag. Zij vrezen de strenge moeder-overste en smelten weg voor de lieftallige zuster Birgit.

Wanneer Metten, een keuterboertje  en vrijgezel zijn intrede doet als herenboer en hals over kop verliefd geraakt op Valerie, een bejaarde weduwe, is het gedaan met de rust. Moeder-overste, de manzieke directrice wil immers de nog goedogende boer voor zichzelf inpalmen maar vist achter het net. Uit wraak wil ze Metten en Valerie aan de deur zetten.

Sooi, een gepensioneerd slager, wil bemiddelen maar vangt bot. Enkel een mirakel kan moeder-overste van gedacht doen veranderen.  Maar mirakels gebeuren alleen in Lourdes., tenzij de bewoners zelf voor een mirakel zorgen. En wanneer Sooi en Metten ontdekken dat Gusteke, de doofstomme schilder in het rustoord, in feite helemaal niet doof is en zelfs enkele woorden kan spreken, hebben ze hun mirakel gevonden.

Valerie mag blijven. Voor Metten is er echter de toestemming nodig van Petra, de dochter van Valerie.

Metten wacht de gebeurtenissen niet af. Verscheurd door heimwee naar zijn boerderijtje en verbitterd omdat hem geen tijd wordt gegund om zich aan te passen aan een wereld, die de zijne niet is, neemt hij afscheid van Valerie en verlaat het rustoord.

Zal Metten ooit terugkeren? Zal hij zijn eenzaam leven op de boerderij hervatten? Of zullen de geborgenheid van het rustoord, zijn liefde voor Valerie en de vriendschap van de overige bewoners de bovenhand halen?

Het antwoord op al deze vragen wordt gegeven in de “Zegen der Jaren”.

 

 

ZON IN DE ‘ZEGEN DER JAREN’

 

5 dames – 6 heren - avondvullend

 

“Zon in de ‘Zegen der Jaren’ “ is een bewerking van het stuk “Zegen der Jaren” dat hoge eisen stelt inzake bezetting – 14 personages waaronder een muzikant en enkele acteurs met zangtalent - . Deze bewerking brengt het stuk binnen de mogelijkheden van meerdere toneelverenigingen - 11 personages en zonder liedjes en muziek - .

 

De vrijgekomen ruimte wordt opgevuld met pittige dialogen waarbij, met behoud van de humor, aandacht wordt besteed aan de eenzaamheid van de bewoners, hun moeite om te aanvaarden, hun trachten naar wat geluk in hun oude dag en de conflicten die het samenwonen van meerdere personen met verschillende karakters en elk met zijn eigen problemen en betrachtingen, met zich meebrengt.

 

Het verhaal blijft uiteraard hetzelfde.

 

“Metten, een keuterboerke en vrijgezel, doet zijn intrede in de ‘Zegen der Jaren’ als herenboer en wordt hals over kop verliefd op Valerie, een welstellende weduwe. Dit is niet naar de zin van de directrice, een non van middelbare leeftijd, die zelf een oogje heeft op de nog goedogende boer. Wanneer zij echter een blauwtje oploopt voelt zij zichzelf zo diep vernederd dat zij Metten en Valerie zo spoedig mogelijk aan de deur wil zetten. Enkel een mirakel kan haar van gedacht doen veranderen. Mirakels gebeuren immers toch nooit. Of het moet zijn dat de andere bewoners een mirakel te voorschijn toveren….”   

 

 

KLEINE LIEDEN, VROME ZIELEN of DE KAPELLEKESHOEVE

 

6 dames – 6 heren – avondvullend             

 

Moeder stans, de oude boerin, weigert het roer uit handen te geven op de boerderij.  Daardoor is zij mede oorzaak van de problemen in het gezin van haar zoon Pier en zijn zieke vrouw Anna.

Pier en Anna hebben een zoon Fons en een dochter Marieke. Bekka, een meisje dat als kind door rondtrekkende zigeuners werd achtergelaten, werd in huis opgenomen. Ook de knecht Lowie en de dienstmeid Katrien wonen op de boerderij.

’t Menneke, een stroper die als kind werd te vondeling gelegd, maakt de omringende bossen, die toebehoren aan de baron, onveilig voor haas en konijn maar wordt zelf door de garde opgejaagd als grof wild. Ook de pastoor is niet bepaald zijn beste vriend.

In ruil voor af en toe een langoor mag ’t Menneke onder een afdak of in de schuur op de boerderij overnachten. Hij vertelt dan fantastische verhalen over een oud kruidenvrouwtje, in het dorp ‘Arabel de heks’ genoemd, die hem overal achtervolgt.

Bekke, het meisje met zigeunerbloed in haar aderen, kan niet aarden op de boerderij en wil op zoek gaan naar haar ouders. Fons is maar wat graag bereid om met haar mee te gaan. Hij voelt niets voor de boerenstiel en is dolverliefd op het knappe kind. Hij kan het niet langer verdragen dat zijn vader Pier ook voortdurend naar haar lonkt. Samen trekken ze er stiekem vandoor, tot groot verdriet van Katrien, die Fons ook gaarne ziet. Marieke en Lowie zullen later de boerderij wel overnemen.

Op zekere nacht heeft ’t Menneke een eigenaardige droom.

Hij ontmoet aan de hemelpoort O.L.Vrouwke en wordt door Haar uit de klauwen van de duivel gered. Bij de genade van Sinte-Pieter verneemt hij dat de oude baron zijn vader is en Arabel de heks zijn moeder. En hoe het de mensen uit zijn onmiddellijke omgeving in het hiernamaals zal vergaan. Ei zo na geraakt hij in de hemel. Maar eerst moet hij terug naar de aarde om een konijntje te vangen voor Sinte-Pieter.

Bij zijn ontwaken neemt ’t Menneke zijn droom voor waarheid. Arabel bevestigt hem wat hij vernam over zijn vader en moeder. Hij doet stoute voorspellingen aan het adres van de garde en van de pastoor. Deze zijn ervan overtuigd dat ’t Menneke wartaal uitkraamt.

 

 

HET VERLOREN SCHAAP

 

6 dames – 8 heren – figuranten - avondvullend

 

"Het verloren schaap" vertelt het verhaal van de bewoners van het kerkplein, een verhaal van vriendschap en liefde maar ook van nietsontziende roddel

 

Basiel, de baas van café " 't Keizerinneke' en Bère de slager zijn twee dikke vrienden. De band tussen beide families zal nog hechter worden na het huwelijk van Fientje, de dochter van de cafébaas met Feelke, de zoon van de slager.

 

Rosalie Klaps, de vrouw van de koster en Coleta Bellen, de zuster van de pastoor zijn de klappeien van ’t kerkplein.

Rosalie vindt Fieneke de geschikte partij voor haar zoon Niekske, een verlegen en overbeschermd ventje met een klein spraakgebrek. Dat Fieneke kennis heeft met Feelke is voor haar geen bezwaar. Het volstaat de cafébaas en de slager met roddel tegen mekaar in ’t harnas te jagen om de relatie tussen de kinderen kapot te maken.

Netteke, de vrouw van Toon de schoenlapper, is overleden. Omdat Toneke graag een pint dronk krijgt hij door de klappeien van ’t plein de schuld voor Netteke’s dood in de schoenen geschoven.

De koster is de roddel beu. Hij verbergt de schoenlapper in de kerk en met de hulp van Toke, Toneke’s dochter, verspreidt hij het nieuws dat Toneke vertrokken is omdat hij het geroddel niet langer kon verdragen.

Ook de pastoor trapt erin. Maar in plaats van te zoeken oordeelt hij gemakkelijkheidhalve dat Toneke’s beslissing best kan gerespecteerd worden.

Op een avond wanneer de pastoor tegen zijn gewoonte in wat teveel gedronken heeft, hoort hij de stem van de Grote Baas van hierboven. Deze geeft zijn herder de opdracht op zoek te gaan naar zijn verloren schaap.

Zijn zoektocht brengt Toneke terug onder de mensen maar niet vooraleer de klappeien zich openlijk vernederd en verontschuldigd hebben.

Het leven op het kerkplein herneemt zijn gewone gang.

En ook het roddelen en lameren kan herbeginnen.

 

 

RODDEL OP HET PLEIN 

 

6 dames - 8 heren - figuranten en muzikanten - avondvullend

 

"Roddel op het plein" is een muzikale versie van het blijspel "Het verloren schaap". De nieuwe titel werd gekozen om een onderscheid te maken tussen de muzikale versie en het blijspel. Daar het in wezen om hetzelfde verhaal gaat, kan de muzikale versie ook opgevoerd worden onder de titel "Het verloren schaap". De spelers en voldoende mannelijke en vrouwelijk figuranten verzorgen de zang. Een klein orkestje begeleidt bij het zingen en speelt de achtergrondmuziek.

 

 

KIEKENS & Co

 

6 dames – 10 heren – avondvullend

 

Va en moe kiekens zijn bijna vijftig jaar getrouwd, een goede reden om feest te vieren ware het niet dat de kinderen met mekaar in onmin leven.

Sooi en Lisa willen niets meer te maken hebben met hun broer Flip, die volgens hen de familie tot schande maakt. Jeanne is hiermee niet akkoord en neemt het op voor Flip. Freddie de jongste zoon laat al het gekibbel voor wat het is en leeft zijn eigen leven.

Wanneer de kinderen plannen maken voor het gouden huwelijksfeest van hun ouders zijn deze heel formeel: er kan slechts gefeest worden op voorwaarde dat de kinderen ten minste voor één dag al hun onderlinge ruzies willen vergeten. Deze gaan hier uiteindelijk mee akkoord.

Maar ook andere problemen dreigen het feest te verstoren. Wanneer moe Kiekens haar oude stofzuiger wil laten herstellen en onwetend een gigolo in huis haalt in plaats van een technicus, dreigt het huwelijksleven van beide bejaarden na vijftig jaar nog verstoord te worden. Er ontstaat ook een meningsverschil  tussen de kinderen betreffende het cadeau dat ze voor hun ouders willen kopen.

De grote dag is aangebroken.

Daar beide partijen voet bij stuk hebben gehouden bij het aankopen van het geschenk ontaardt het feest in een helse scheldpartij tussen de kinderen. En wanneer na het drinken van menig glaasje de vetes en frustraties uit het verleden worden opgerakeld wordt het feest één grote mislukking. Va en moe Kiekens kunnen het niet meer aan en muizen er stiekem vanonder. Wanneer zij midden in de nacht terug thuis komen kunnen zij enkel de aangerichte ravage vaststellen. Va heeft echter nog een fijne verrassing in petto voor zijn ‘moe’ zodat zij onder hun beidjes de grote dag toch nog mooi en vol emoties beëindigen.

 

 

 

KIEKENS EN KINDEREN

 

6 dames - 10 heren - 4 kinderen (2 meisjes + 2 jongens) - avondvullend

 

"Kiekens en kinderen" brengt hetzelfde verhaal als "Kiekens & Co". Maar nu zijn ook de kleinkinderen van de partij. Wij leren hoe de onverdraagzaamheid van de ouders onbewust een invloed heeft op de gevoelens en het gedrag van de kinderen en hoe sommige uitspraken die achteloos wordengedaan door de oudsten, klakkeloos door de kinderen worden overgenomen.  

 

 

IN ‘T ZOETE GENOT

 

5 dames – 7 heren – avondvullend

 

Het verhaal speelt zich af in de receptie, tevens bar - restaurant van een hotel.

Leo leeft in een droomwereld en neemt zijn fantasie voor werkelijkheid. Hij wordt hierin bijgetreden door mister Jacob, een opgezet varkenshoofd dat boven de balie hangt, waarmee hij veelvuldig converseert en dat hem uiteraard nooit tegenspreekt. Samen met zijn veel jongere echtgenote runt hij een deftig hotel-restaurant voor gewone doodnormale mensen. Runnen? Nu ja, er komt wel geen kat over de vloer zodat Leo er vast van overtuigd geraakt dat gewone doodnormale mensen een uitstervend ras vormen. Moet men de dag van vandaag niet een beetje abnormaal doen om nog normaal te doen?

Om zijn zaak nieuw leven in te blazen besluit Leo, zeer tegen de goesting van zijn vrouwtje,  een ander soort cliënteel te benaderen en maakt van zijn hotel prompt een rendez-vous huis. Hierbij droomt hij hardop van rijke klanten die voor een slippertje bij hem een kamer zullen boeken en het geld laten rollen. Om eenzame klanten te verwennen haalt Leo een lokvogel in huis die, omwille van besparingsmaatregelen, zowel voor man als vrouw moet kunnen doorgaan naargelang het cliënteel dat zich aanbiedt. Ook een straatmuzikant, die voor wat afval uit de keuken het cliënteel wil vergasten op enkele romantische deuntjes, neemt zijn intrek in de zaak.

Na een kennisgeving in de krant laten de gasten niet lang op zich wachten. Helaas het is niet het soort cliënteel waarop Leo gerekend heeft. Een oude boer en een boerin, die uit nieuwsgierigheid dat modern gedoe eens van nabij willen beleven en een jonger stel dat mekaar beu is, hebben via de krant een afspraakje gemaakt met een andere partner en komen, zonder dat ze het van elkaar weten, in “ In ’t Zoete Genot” terecht. En dan is er nog een eigenaardig meneertje, dat als een grijze muis haast onopgemerkt doorheen de gebeurtenissen ronddwaalt maar alles ziet, alles hoort en alles in het honderd stuurt. En wanneer agenten van de zedenpolitie undercover op bezoek komen om Leo in de val te lokken en de muzikant een hoofdinspecteur van de politie blijkt te zijn, spat de wereld, die Leo in al zijn fantasie heeft gedroomd, als een zeepbel uit elkaar. Gelukkig is zijn vrouwtje, die abnormaal normaal wilde doen om Leo op andere gedachten te brengen, hem trouw gebleven. Waarna Leo zich afvraagt:” Is normaal nu abnormaal of abnormaal normaal?” En heel wijselijk besluit:” Ons verstand is vast te klein om nog mee te kunnen zijn”.

 

 

HET SOLDATENLIEF of NORA VON TABORA  

 

5 dames – 3 heren – avondvullend

 

Rosalie heeft de Lourdesreis van de Boerinnenbond gewonnen en vertrekt samen met haar buurvrouw, cafébazin Frieda op bedevaart. De mannen, Lowie en Free de cafébaas, blijven alleen achter.

Rosalie is nauwelijks de deur uit of Lowie krijgt, na veertig jaar, onverwacht het bezoek van Nora, zijn oud Duits soldatenlief. De vreugde om het weerzien is groot. Lowie kan zijn geluk niet op als Nora uitpakt met verrassend nieuws. Hij is de vader van haar dochter en de grootvader van haar kleinzoon. Zijn enthousiasme koelt flink af wanneer Nora haar voornemen kenbaar maakt om bij hem in te trekken. Lowie en Free hebben haar immers verteld dat hun vrouwen bij O.L.Vrouwke zijn. Volgens Nora is dat nergens anders dan in de hemel. Haar oude liefde is dus beschikbaar.

Lowie laat zich overhalen om Nora in huis te nemen op voorwaarde dat het maar voor enkele dagen is. Nora moet goed en wel terug in Duitsland zijn vooraleer Rosalie terug is. De eerste nacht laat Lowie  zich verleiden tot een slippertje. Hij wordt hierbij betrapt door Marleentje zijn kleindochter. Om alle verdere problemen te vermijden vraagt hij Nora om direct te vertrekken. Nora is echter vastbesloten te blijven en heeft haar dochter Trudie en kleinzoon Siegfried laten overkomen. Lowie zit nu dik in de knoei.

Ook Free geraakt in het avontuur verwikkeld. Trudie vindt in hem de geschikte kandidaat om haar twee exen op te volgen. Free laat zich vangen en Trudie neemt haar intrek bij Free in het café.

Het onvermijdelijke in dergelijke gevallen gebeurt. Frieda wordt ziek in Lourdes en vier dagen na hun vertrek zijn Rosalie en Frieda weer thuis.

Free wordt overrompeld en bekent de hele zaak.

Rosalie ontmoet eerst Nora. Deze, in de waan dat Rosalie de schoonzuster is van Lowie, vertelt haar het hele gebeuren in geuren en kleuren. Lowie verschiet zich bijna een bult bij het zien van Rosalie. Zij houdt zich van den domme en Lowie, onwetend van wat voorafging, liegt en fantaseert tegen de sterren op. Tot Rosalie hem met de waarheid confronteert en hem prompt de deur wijst.

Lowie slaagt er echter in het paspoort van Trudie te bemachtigen. Hieruit blijkt dat hij niet de vader van Trudie kan zijn.

Rosalie houdt grote schoonmaak. Na Lowie moeten de Duitsers het huis uit. En liefst voorgoed.  De kleinkinderen Marleentje en Siegfried strooien echter roet in het eten. Zij hebben elkaar gevonden en plannen gemaakt voor de toekomst. Na een voorlopig afscheid moet de tijd raad brengen.

Lowie onderneemt een ultieme poging om alles bij te leggen met Rosalie. Hij heeft toch geen buitenechtelijk kind. Na veel bidden en smeken om vergiffenis geeft Rosalie hem een nieuwe kans. Maar wel onder duidelijke voorwaarden.

 

 

SUIKERNONKEL

 

3 dames – 4 heren – avondvullend

 

Dom, Bie en Stan ontvingen vanwege hun nonkel Victor een uitnodiging om enkele dagen bij hem thuis door te brengen. Zij kennen hem van haar noch pluim en weten enkel van hun overleden moeder van zijn bestaan. Wanneer zij zich ten huize Mettepenningen aanmelden, worden zij door James, de huisbediende ontvangen in een rijkelijk ingerichte kamer.  Nonkel houdt er kennelijk een hoge levensstandaard op na. Zij gissen volop naar de reden van hun bezoek. Is nonkel erg oud en ziek? Voelt hij zijn einde naderen? Wil hij zijn erfgenamen leren kennen met het oog op een testament? 

Wanneer zij nonkel, gezeten in een rolstoel en geholpen door een privé-verpleegster te zien krijgen, blijkt dat ze het bij het rechte eind hebben. Alleen heeft hij een onaangename verrassing in petto: hij wil zijn volledig vermogen nalaten aan slechts één van zijn drie familieleden en wel aan diegene die in de loop van de volgende week zal aantonen dat hij de meest geschikte persoon is om een immens fortuin te beheren.

De strijd om de erfenis barst in alle hevigheid los. Het wantrouwen heerst. Alle troeven worden uitgespeeld om mekaar onderuit te halen. Omdat nonkel gewaarschuwd heeft voor laster en roddel wordt James ingeschakeld. Zij nemen hem in vertrouwen om de fouten, gebreken en onhebbelijkheden van de tegenpartij tot bij nonkel te laten doordringen.

Ook Rosita, de privé-verpleegster wordt met een scheef oog bekeken. Zij gaat naar de goesting van Dom en Bie veel te vertrouwelijk met nonkel om. Stan ziet hierin geen graten en wordt smoorverliefd op het knappe kind.

Een ultieme test van nonkel wordt Dom en Bie fataal. Zij laten zich vangen en verzaken aan de erfenis. Stan wordt de enige erfgenaam en meent nonkel te verrassen door prompt de hand van Rosita te vragen.

Dan komt pas de ware toedracht aan het licht. Nonkel is helemaal niet ziek en zeker niet op sterven na dood.  James is geen huisbediende maar nonkel in hoogsteigen persoon.   Rosita is niet zijn privé-verpleegster maar de geadopteerde dochter van nonkel. En is de verrassing van Stan voor nonkel wel echt een verrassing?

 

BALLADE VAN HET PLATTELAND 

 

6 dames – 12 heren – 2 kinderen - figuranten (m/v) – avondvullend

Door het groot aantal personages zijn meerdere rollen eerder beperkt.

 

Bij het begin van ieder bedrijf zingt de troubadour een strofe van de ballade. De tekst heeft betrekking op het verhaal dat nadien volgt.

Het verhaal speelt zich af in de naoorlogse jaren toen iedereen op het dorp iedereen nog kende. Het leven op het platteland kende veel merkwaardige dorpsfiguren. Sommige hiervan zijn door overlevering nog gekend door de huidige generatie. Al de inwoners van het dorp, op een enkele uitzondering na, gingen ’s zondags naar de mis. Na de mis was het gebruikelijk dat de mannen in het dorpscafé een pint gingen drinken of een kaartje leggen.

Wie zijn zondagsplicht niet vervulde was door de hele gemeenschap gekend als een kwaaie cent en haalde zich de banbliksem van de pastoor op de hals. Want deze heeft het graag voor het zeggen op zijn parochie. Hij is dan ook niet te spreken over Gust Lat, de énige ketter van het dorp, waarvan iedereen weet dat hij niet naar de mis gaat. Hij durft de pastoor tegenspreken en om hem op stang te jagen vertelt hij hem van zijn nare dromen over de hel. Hij ontmoet er dorpsgenoten die in de ogen van de pastoor de meest voorbeeldige van zijn parochianen zijn.

Frans Klos knapt alle klusjes op. Hij neemt het echter niet zo nauw met de kwaliteit van zijn werk waardoor hij zich het gezegde “Frans Klos, vandaag gemaakt en morgen los” op de hals heeft gehaald.

Treezeke Trippel is een jonkvrouw die helaas zo goed als potdoof is. Zij is meer dan eens het slachtoffer van plagerijen van Bert en Juleke, de kinderen van Nand de koster die rechtover de deur woont.

Sjel de bakker en zijn vrouw Irma hebben tegenslag in het leven. Hun enige zoon Mauriske is ingevolge een zware ziekte in zijn jeugd, blijven steken in zijn geestelijke ontwikkeling. Hij is een dertienjarig kind gebleven in het lichaam van een volwassen man. Sjel heeft dan ook zijn plannen voor een opvolger in de bakkerij al lang opgeborgen.

De Witte en zijn vrouw Marie baten samen met hun pronte dochter Wiske het dorpscafé ‘De volle pot’ uit.

Jerome de slager en zijn vrouw Francine baten samen met hun knappe zoon Polleke slagerij ‘De vetten os’ uit.

Wiske en Polleke zijn stapelverliefd op elkaar en het staat vast dat zij samen zullen trouwen. De Witte hoopt stiekem dat Wiske en Polleke later het café zullen overnemen. Jerome is er echter vast van overtuigd dat het jonge koppel zijn levenswerk, de slagerij, zal verder zetten. De spanning tussen beide families is dan ook te snijden.  Wanneer ze onhoudbaar wordt en dreigt uit te monden in een familievete besluiten Wiske en Polleke de knoop door te hakken. De keuze, die zij maken komt zowel bij de Witte als bij Jerome aan als een donderslag bij heldere hemel.

Maar zij staan voor voldongen feiten en het liedje moet worden gezongen zoals het door de kinderen werd neergeschreven.

 

 

HET GENGSKE (vroeger: Het steegje)

 

3 dames – 3 heren - avondvullend

 

De echtparen Dré en Arlet en Jan en Katrien zijn naaste buren en heel hecht  met elkaar bevriend. Hun huizen worden gescheiden door een gengske, dat dood loopt tegen de tuin van hun achterburen. Beide gezinnen maken gebruik van het gengske om hun eigendom langs een achterpoortje te betreden.

Jan loopt hoog op met zijn dochter Marijke, die schitterende studies doet en later ongetwijfeld carrière zal maken en allicht een goede partij binnenhalen. Tot ergernis van Dré heeft hij weinig lovende woorden over voor Rik, de zoon van Dré, die nooit heeft  willen studeren en een baantje heeft als magazijnier. Hierdoor kwetst  hij zijn vriend meer en dieper dan hij zelf beseft.

Op een avond, wanneer beide vrienden goed beschonken naar huis komen van een vergadering van de biljartclub, vragen ze zich af hoe dat gengske er ooit zou gekomen zijn. Wellicht heeft één van hun voorouders vroeger niet tot op de scheiding gebouwd om een uitweg te hebben naar achter. Dit zou dan wel betekenen dat het gengske van één van beiden is en dat de andere dank zij de goodwill van zijn buurman het gengske altijd heeft mogen gebruiken. Jan laat zich hier weinig aan gelegen. Dré echter gaat dieper op de zaak in. Op de dienst Registratie der  Domeinen komt hij te weten dat het gengske in feite van hem is. De hebzucht en het égoïsme steken bij Dré stilaan de kop op.  Tevens wil hij Jan raken omdat  zijn gepoch over Marijke en zijn  minachting voor Rik hem pijn doen.

Hij verbiedt Jan en zijn gezin de doorgang langs het gengske en hangt zelfs een poort om deze doorgang te verhinderen. Als drogreden haalt hij aan dat hij wil voorkomen dat er ooit vreemde mensen over de eigendom van zijn zoon Rik zouden lopen. Jan heeft immers te pas en te onpas laten horen dat Marijke later in geen geval in zo’n eenvoudig huisje zal blijven wonen.

Jan en Katrien zijn helemaal ontriefd. Ze weten niet wat hen overkomt en zijn in alle staten. De jarenlange vriendschap slaat om in diepe haat en burenruzies en pesterijen zijn schering en inslag.

Arlet heeft spijt dat de vriendschap met haar buurvrouw Katrien verbroken is. Zij zoekt een middel om de goede verstandhouding tussen de twee families te herstellen. Moesten zij en Katrien erin slagen om Marijke en Rik aan elkaar te koppelen dan had Dré geen enkele reden meer om het gengske af te sluiten. Het groot probleem is echter is dat Marijke en Rik wel goed met elkaar opschieten maar dat zij duidelijk en voor zover geweten geen diepere gevoelens koesteren voor elkaar.

Rik en Marijke, die ongeweten al lang stapelverliefd zijn op elkaar,  zien de ruzies en de wederzijdse pesterijen met lede ogen aan. Zij beseffen dat het zo niet verder kan en zullen op een totaal onverwachte  wijze hun beider ouders weer met elkaar verzoenen.

PARELMOER

2 dames - 2 heren - avondvullend

Karel Degrote en Griet Vanbrabant zijn dertig jaar getrouwd en vieren hun parelmoeren bruiloft.

 Op de avond van het feest komen Griet en Bart, de echtgenoot van Betty,  secretaresse van Karel,  er achter dat Karel stiekem een affaire  heeft met Betty.

 Karel en Betty slagen er in  om zowel Griet als Bart voor enkele dagen het huis uit te krijgen.  Ze zullen  zelf enkele dagen en nachten  doorbrengen ten huize Karel Degrote.

Griet en Bart hebben echter alles doorzien en smeden een plan om het overspelige koppel te ontmaskeren. Ze bezorgen hen een huiverige spookavond. Het koppel valt door de mand en dan volgt de confrontatie met de feiten.

Karel en Betty kunnen niet anders dan bekennen.

En met wat Griet en Bart daarna  in petto hebben voor het overspelige koppel, daar kunnen ze niet mee lachen.  

bottom of page